De Duitse herder: een actieve hond
De Duitse Herder heeft een uitzonderlijk krachtige lichaamsbouw, waardoor het een opmerkelijk sterke hond is. Hij is kalm, evenwichtig en vol vertrouwen. Omdat dit ras levendig en moedig is kan hij te veel vragen van zijn lichaam.
Van spenen tot 5 maanden: een intensieve en snelle ontwikkeling
De spectaculaire ontwikkeling van het skelet
Het skelet heeft aanzienlijke hoeveelheden eiwitten en mineralen nodig. Het calciumgehalte moet bijvoorbeeld in exact de juiste hoeveelheid in de voeding aanwezig zijn; niet te veel en niet te weinig. Bijvoeding is dan ook onverstandig. De Duitse Herder is bij uitstek gevoelig voor gewrichts- en botproblemen als gevolg van een onjuiste mineralenvoorziening.
Aandacht voor de spijsvertering
De overschakeling van melk naar vaste voeding moet voorzichtig en langzaam gebeuren. De pup kan namelijk nog geen grote hoeveelheden voeding opnemen en kan nauwelijks zetmeel verteren. Het gewicht moet op beheerste wijze blijven toenemen zodat de pup niet te zwaar wordt, wat bijdraagt aan het behoud van gezonde gewrichten.
Nog niet volledig ontwikkeld immuunsysteem
In de eerste weken van zijn leven profiteert de pup van de afweerstoffen die hij met de moedermelk binnenkrijgt. Tussen de 4e en 12e week doorloopt het immuunsysteem (afweersysteem) een kritische periode. De immuniteit die via de moedermelk werd doorgegeven neemt geleidelijk af terwijl het eigen immuunsysteem nog niet volledig ontwikkeld is. Dit is pas compleet wanneer het gehele vaccinatieprogramma is doorlopen. Goede voeding is vanzelfsprekend belangrijk tijdens het overbruggen van dit ‘immuniteitsgat’.
Van 5 maanden tot 15 maanden: de basis verder ontwikkelen
Spierontwikkeling
In deze periode neemt het gewicht van de Duitse Herder pup minder snel toe, terwijl zijn skelet steeds sterker wordt. Een belangrijk onderdeel in de groeifase is de spieropbouw. De spieropbouw vindt voornamelijk in de laatste paar maanden plaats. Het is daarom uiterst belangrijk dat de pup een aangepaste voeding krijgt tijdens de groei.
Langzaam volwassen
De pup is steeds beter in staat grotere hoeveelheden voeding te verteren. Ook de mogelijkheid tot het verteren van zetmeel groeit. In deze belangrijke fase van groei, is het van belang uw pup ’schraal’ te laten opgroeien om gewrichtsproblemen in de toekomst te helpen voorkomen.
Tanden en gebit
De melktanden die de pup kreeg toen hij zo’n 3 weken oud was, worden vervangen door volwassen tanden. Wanneer hij de leeftijd van 7 maanden bereikt, heeft hij een volledig volwassen gebit. Na het wisselen van zijn gebit is het belangrijk de pup te stimuleren zijn eten te kauwen voor hij het doorslikt. Zo wordt niet alleen de opname van zijn voedsel vertraagd, wat de spijsvertering minder belast, maar ook zijn mondhygiëne verbeterd.